Op 6 februari verzorgde Karin Derksen een netwerkbijeenkomst over goed teamwerk in programma’s. Zij schreef eerder onder meer het boek Goed teamwerk, winnaar van de Ooa boek van het jaar verkiezing 2022. Karin nam ons mee in de basisvoorwaarden voor teams, de invloed van multiple team membership op goed teamwerk en het concept teamontwikkelruimte: hoe creëer je ruimte in je team voor leren en ontwikkelen, zodat je een zo goed mogelijk resultaat als team behaalt?

In een programma werk je met allerlei teams, afhankelijk natuurlijk van de omvang van het programma. Denk aan het programmateam, projectteams, teams in de staande organisatie en daarbuiten (bijvoorbeeld in andere organisaties). Maar ook aan een stuurgroep, die we vreemd genoeg geen team noemen (maar groep) en ook lang niet altijd als team acteert. What’s in a name? Jazeker, een groep is écht iets anders, zo betoogt Karin.

Om van een team te kunnen spreken zijn drie basisvoorwaarden aan de orde: een helder en gedeeld doel, onderlinge afhankelijkheid en beperkte omvang (max. 10 mensen). Over die laatste voorwaarde: hoe groter een team wordt, hoe meer we sociaal luieren. Goed om eens door die bril naar de teams in je programma te kijken: als een van die teams minder goed draait, zou dat dan met deze drie basisvoorwaarden te maken kunnen hebben? Of is er iets anders aan de hand (want natuurlijk: een goed team vraagt veel meer).

Steeds vaker werken mensen in meerdere teams en groepen tegelijkertijd. Gemiddeld 8. Dit fenomeen heet multiple team membership (MTM). Dat is bevorderlijk voor het leren en presteren van individu en team, maar helaas tot op zekere hoogte:

• Te weinig variatie heeft geen positief effect op leren en productiviteit
• Te veel variatie echter ook niet.
• Ergens tussen de 3 en 9 teams lijkt een omslagpunt.

Samen met Björn Prevaas en Manon Ruijters schreef Karin een artikel over MTM. Je kunt dit hier downloaden. In het artikel zit een handig instrument dat je kunt gebruiken om in beeld te brengen hoe het met het meervoudig teamlidmaatschap in jouw programma zit.

Tot slot wierpen we met elkaar de blik op het concept teamontwikkelruimte: een sociale ruimte die teamleden in de interactie met elkaar maken door vier activiteiten te ondernemen (zie plaatje). Hoe beter het een team lukt om deze vier activiteiten gebalanceerd in praktijk te brengen, hoe beter hun resultaten zijn. De moeilijkheid zit in de paradox. Enerzijds wil je focus en versnellen met toekomst creëren en organiseren (performance oriëntatie). Anderzijds heb je te vertragen en verbreden met reflecteren en dialoog voeren (lerende oriëntatie). Hoe scherper de teamleden hun doel hebben gedeeld, hoe beter ze in staat zijn te balanceren in die paradox.

Een mooie sessie om met elkaar een blik te werpen op goed teamwerk in programma’s. Food for thought!